Gezondheidszorg is altijd mijn grote liefde geweest. Als kind groeide ik op in een familie van dokters. Mijn grootvader, mijn vader en moeder waren allemaal dokter. Al sinds kleins af aan heb ik enorm veel respect voor het werk van onze zorgverleners: zij redden levens, maken levens draaglijk en beter.
In 1999 werd ik voor het eerst minister van Sociale Zaken. En in 2020 kreeg ik opnieuw de kans om dat werk verder te zetten, als minister van Volksgezondheid en Sociale Zaken. Toen Conner me vroeg om na jaren afwezigheid opnieuw in de politiek te stappen, greep ik die kans dan ook met beide handen.
Onze gezondheidszorg beter maken, het zorgpersoneel waarderen en - behalve hun werk werkbaar houden - goed verlonen, zorg betaalbaar maken voor iedereen. Dat is mijn driedubbele drijfveer. Elke dag opnieuw. Niet alleen in woorden, maar ook in daden. En wat betaalbare zorg betreft, is het voor mij heel simpel: als je gezondheid op het spel staat, mag de dikte van je portefeuille geen enkele rol spelen.
Vooruit is dan ook de partij van de zorg.
De allerbeste en betaalbare gezondheidszorg voor iedereen. Daar werk ik elke dag keihard voor.
Frank