Nieuws

Afscheid van Paula Sémer, de duivel met zijn krollekes

Team Vooruit

Wednesday 09

June 2021 11:43

Deze week moesten we afscheid nemen van Paula Sémer. “Paula Sémer was een ware voorvechtster van socialisme”, zegt Conner Rousseau. “Emancipatie, euthanasie, een taboe dat kanker ooit was; steeds weer slaagde Paula er in om onbespreekbare onderwerpen bespreekbaar te maken. Ook voor haar geen heilige huisjes. Tot aan het einde van haar leven bleef zij strijden voor mensen die niet gehoord worden. Socialisme in topvorm. Wij zijn dan ook trots en dankbaar dat zij voor ons in de senaat het socialisme heeft verdedigd. Vlaanderen is een icoon kwijt. Wij zijn een icoon kwijt.”

In 2008, naar aanleiding van vijftig jaar Expo 58, had ons ledenblad een warm gesprek met haar. Tijdens die expo was ze ‘Mejuffer Hoffelijkheid’. Later vonden bepaalde kringen haar ‘de duivel met zijn krollekes’. Als eerbetoon publiceren we het hier nog eens opnieuw.

Een gesprek met een monument

De duivel met zijn krollekes

Braaf, blond en burgerlijk. In 1958 oogde de toen 31-jarige leading lady van de televisie als de Vlaamse Doris Day. Maar Paula Sémer was ook de vrijgevochten dame die als programmamaakster geen heilig huisje of taboe schuwde. Ze trok dan ook hoge ogen bij het ethisch reveil dat onlangs de kop opstak. Een gesprek met de inmiddels 83-jarige grande dame van de Vlaamse televisie. 

Kd.: Goedemiddag, mevrouw Sémer. Hoe gaat het met u?

Paula Sémer: Goed. Erg goed. Dank u wel.

Kd.: Onlangs werd de 50ste verjaardag van de opening van Expo' 58 gevierd. Voor u was de Expo al in 1956 begonnen: als ‘Mejuffer Hoffelijkheid’.

Paula Sémer: Om de Belgische bevolking voor te bereiden op de komst van miljoenen bezoekers, werd een veertiendaagse van de Hoffelijkheid gelanceerd. Overal verschenen affiches met daarop de slogan 'Wees hoffelijk en glimlach!' Voor de Franstaligen was er Mademoiselle Courtoisie. Ik was 'Juffrouw Hoffelijkheid' voor de Vlamingen en mocht op zoek naar de hoffelijkste postbode, de hoffelijkste politieman. Ik daalde zelfs af in de mijn van Zwartberg om de hoffelijkste mijnwerker te zoeken. De campagne was nogal betuttelend, maar de mensen waren er dol op. 

Kd.: Als één van de eerste omroepsters op het scherm, was u een bevoorrechte getuige van de begindagen van de televisie. Hoe was u daar terecht gekomen? 

Paula Sémer: In die tijd was ik actrice in het dramatisch gezelschap van de radio. Ik werd gevraagd om de vrouwelijke hoofdrol te spelen in het televisiespel 'Drie dozijn rode rozen'  dat de hoofdbrok was van de eerste televisieavond op 31 oktober 1953. Na afloop stelde de directie me voor om Leading Lady te worden. 

We hebben moeten vechten, ja. Je mag niet vergeten dat ik werkte in een wereld die door mannen geleid werd

Kd: In de jaren ‘60 zei u het omroepen vaarwel en sloeg een nieuwe weg in als producer van programma's en documentaires. Waarom nam u die toch niet voor de handliggende keuze? 

Paula Sémer: Ik wou van het scherm af en wou inhoud in mijn job. Ik ben begonnen met uitzendingen voor vrouwen en vond de zendtijd veel te kostbaar om een patroon te maken voor een jurk, zoals dat toen gebruikelijk was. Daar waren de vrouwenmagazines voor. Televisie heeft een andere taak. Daarom ben ik begonnen met heel andere uitzendingen voor vrouwen. Zo vroeg ik ook aan mijn medewerkers geen verkleinwoorden meer te gebruiken als ze zich richtten tot vrouwen, zo van ‘de groentjes’, ‘het baby’tje in het wiegje’. Uiteindelijk heb ik in het midden gelaten voor wie ze bestemd waren. Je wilt uiteraard een zo groot mogelijk kijkpubliek.

De mensen zaten met veel vragen

Kd.: Dat gebeurde wellicht niet zonder slag of stoot? 

Paula Sémer: We hebben moeten vechten, ja. Je mag niet vergeten dat ik werkte in een wereld die door mannen geleid werd. Overtuigde katholieke mannen bovendien, terwijl ik vrijzinnig was en nog steeds ben. Een vrouwenuitzending was sowieso onbelangrijk voor mijn bazen. Het kon wel, maar je werd toch in de vrouwenhoek geduwd: klein budget, slechte zendtijd, zeker geen prime time. Dus begon ik lawaai te maken rond mijn uitzendingen. Toen ben ik eigenlijk echt feministe geworden. Dat uitte zich niet alleen in mijn programma's, maar ook in mijn levenshouding. 

Kd.: Als producer koos je voor maatschappelijke thema's. Onderwerpen waarover niet gepraat mocht worden, laat staan op de televisie gebracht worden. Waarom?

Paula Sémer: Wie aandachtig en nieuwsgierig leeft, ziet onmiddellijk waar de problemen zitten. Neem de gehandicaptenzorg bijvoorbeeld. Daarover wou ik een uitzending maken die nu eens niet betuttelend was. We zijn naar Ford Genk getrokken, omdat we wisten dat daar de chef van de personeelsdienst zelf een persoon met een handicap was en omdat daar veel mensen met een handicap aan de lopende band werkten. Eén van de geïnterviewden zei: “Ik wil werken.” Dat werd meteen de titel van het programma. Dat was behoorlijk confronterend voor de doorsnee kijker.

Socialisme zit bij mij ingebakken. Ik heb altijd voor de socialisten gestemd. Ik vind het nog altijd de partij die voor de zwakkeren in onze samenleving opneemt

Mensen wisten ook weinig in die tijd, maar ze hadden wél veel vragen. De befaamde Professor Michel Thiery gaf toen les over voorbehoedsmiddelen aan de universiteit van Gent. Als hij met zijn valiesje binnenkwam in de Aula, zat de zaal afgeladen vol. En dat waren niet alleen de studenten geneeskunde die daar zaten. Hij gaf heel rustig uitleg over de mogelijkheden. Dit is een uitzending waard, dacht ik. Maar dat had nog heel wat voeten in de aarde. Een vrouwenlichaam en contraceptiva tonen, mocht niet. Dus moesten we tekeningen gebruiken. Bovendien moest ook de Brugse bisschop Monseigneur De Smedt aanwezig zijn. Ik ging akkoord, maar dan moest er ook een vrijzinnige moralist bij zijn. Dat werd Professor Deconinck, voorzitter van het Humanistisch Verbond. Allemaal onnodig gecompliceerd!

Kd.: U schopte letterlijk tegen heilige huisjes.

Paula Sémer: Ik herinner me nog 'Voorbereiding op het huwelijk', een vrouwenuitzending over flirten en vrijen, waarin een aantal katholieken, weliswaar progressieve, zaten en ook de vrijzinnige moraalfilosoof Jaap Kruithof. Helemaal op het einde van de uitzending zegt die brave man: “Luister nu eens, als we toelaten dat ze vrijen als voorbereiding op het huwelijk, dan moeten we ze daar tijd en ruimte voor geven en dan moeten we hun ook voorbehoedsmiddelen ter beschikking stellen.” Dat was natuurlijk te verregaand voor die tijd. Ik vroeg aan de anderen of ze akkoord gingen en ze knikten bevestigend. Ze wisten natuurlijk niet dat de camera nog liep. Toen begon het debat pas echt. Tot twee jaar na de uitzending kwamen er nog brieven over het programma van de 'duivel met zijn krollekes'. Ineens kwamen dergelijke onderwerpen tot in de verste uithoeken van Vlaanderen, hé. Onder de kerktoren, waar de pastoor het nog allemaal verkondigde op de kansel. Het is pas later dat je beseft dat je toen verschrikkelijk tegen de schenen moet hebben gestampt. 

Wie aandachtig en nieuwsgierig leeft, ziet onmiddellijk waar de problemen zitten

Open en bloot 

Kd.: Zijn er nog taboes waarvan u vandaag zegt “die had ik moeten aanpakken?”

Paula Sémer: Neen. Wat ik niet aanpakte werd door anderen gedaan. Dat kan ook op een luchtige, zelfs ludieke manier. Zo hadden we een kookrubriek met John Bultinck, advocaat-kok, waarin altijd een eregast werd uitgenodigd: Achiel Van Acker, Tony Corsari, Harry Mulisch. Mensen die iets gepresteerd hadden op andere domeinen en die ook interesse hadden voor gastronomie. In een uitzending met Louis Paul Boon zei John Bultinck: “Kijk, Louis, die kikkerbilletjes zijn het enige bloot dat een mens tegenwoordig nog mag tonen.” Dat was vlak na de herrie rond de drie naakte mannen die Hugo Claus had opgevoerd in 'Mascheroen'.

Kd.: We zouden nog vergeten dat u ook nog senator bent geweest voor onze partij van 1995 tot 1999.

Paula Sémer: En te zeggen dat ik eigenlijk niet op een lijst wou. Ik was al 70 jaar, ik wou geen campagne voeren en net in die tijd braken ook de schandalen rond de partij uit. Ik heb toen serieuze gesprekken gehad met veel mensen, maar uiteindelijk hebben ze me over de streep getrokken met het argument dat de socialistische partij behouden moest behouden blijven. Ik heb dus meegedaan en campagne gevoerd. In Gent in de Vooruit was dat prachtig met Regine Beer, een oude kennis van me, die de Antwerpse normaalschool had gedaan zoals ik, en Kathy Lindekens. Wij vormden een goed trio, elk een eigen boodschap. Ik heb toen echt emotionele dagen beleefd en ben qua inzichten in een stroomversnelling geraakt.

Ik vond de zendtijd veel te kostbaar om een patroon te maken voor een jurk, zoals dat toen gebruikelijk was

Kd.:  Volgt u onze partij vandaag nog? 

Paula Sémer: Passief. Soms ga ik nog als ze me vragen bij de gepensioneerden. Ik maak ook deel uit van enkele beleidsgroepjes. Socialisme zit bij mij ingebakken. Ik heb altijd voor de socialisten gestemd. Ik vind het nog altijd de partij die voor de zwakkeren in onze samenleving opneemt.

Kd.: Een mooi einde van een mooi gesprek. Dank u wel.

 

 





Ga naar Nieuws Vooruit
Over de Auteur

Team Vooruit

Deel dit artikel met je vrienden.