Vooruit blijft strijden voor een eerlijke bijdrage van de superrijken - Conner: “De gewone pensioenspaarder zal niets betalen”

“Iedereen weet toch dat we moeten hervormen om de rekeningen van ons land op orde te krijgen? Zo beschermen we de koopkracht, stellen we de sociale zekerheid veilig voor de toekomst en kan iedereen in dit land rekenen op toegankelijke en betaalbare gezondheidszorg. Dat is waarom wij onze verantwoordelijkheid hebben genomen en in de regering zijn gestapt”, begint de voorzitter.

“Om die hervormingen eerlijk te laten gebeuren en de inspanningen eerlijk te verdelen moet ieder zijn deel doen, ook de superrijken. De meerwaardebelasting zorgt daar net voor”, gaat Conner verder.

“De rijkste 10% van dit land - meer nog, de 1% superrijken - zullen die betalen. Dat berekende de FOD Financiën. Dat betekent: geen achterpoortjes, geen fiscale cadeaus voor superrijken om zo de kleine spaarder en de gewone man te beschermen.”

“De voorbije dagen werden we over onze strijd voor zo’n eerlijke bijdrage van de superrijken aangevallen door ruziemakers. Ruziemakers die meer inzitten met hun superrijke vrienden, een nakende peiling en hun eigen profilering dan met de toekomst van dit land”, zegt Conner.

“Ik kan iedereen geruststellen: als partij van de koopkracht en de pensioenen zullen we er uiteraard voor zorgen dat gewone, werkende mensen - die heel hun leven aan pensioensparen gedaan hebben -  altijd zullen beschermen. De gewone pensioenspaarder zal niets betalen”, zegt Conner stellig.

“Sterker nog, we willen net dat pensioensparen meer opbrengt. Zo stellen we voor om de hoge instap- en beheerskosten die banken aanrekenen voor pensioensparen een halt toe te roepen en te begrenzen op respectievelijk 1 en 0,5 procent, in plaats van gemiddeld 3 procent nu. Zo kan iemand die 40 jaar lang het maximum aan pensioensparen doet, gemiddeld 21.000 euro meer overhouden.”

“Wij zullen dat voorstel opnieuw op tafel leggen. En als ook de anderen écht zo inzitten met de pensioenspaarder, net zoals wij, dan kunnen ze niet anders dan daar mee hun schouders onder zetten”, besluit Conner.